Printerinstellingen
Selecteer
Menu
>
Bedieningspan.
>
Printers
.
Als u een nieuwe printer wilt toevoegen, selecteert u
Opties
>
Toevoegen
.
Definieer de volgende opties:
•
Printer
— Voer een naam in voor de printer.
•
Stuurprogramma
— Selecteer een
stuurprogramma voor de printer.
•
Drager
— Selecteer een drager voor de printer.
•
Toegangspunt
— Selecteer het toegangspunt.
•
Poort
— Selecteer de poort.
•
Host
— Definieer de host.
•
Gebruiker
— Voer de gebruiker in.
•
Wachtrij
— Voer de wachtrij in.
•
Afdrukstand
— Selecteer de afdrukstand.
•
Papierformaat
— Selecteer het papierformaat.
•
Mediatype
— Selecteer het mediatype.
•
Kleur
— Selecteer de kleurmodus.
•
Printermodel
— Selecteer het printermodel.
108
Nokia-kantoortoepassingen
De beschikbare opties kunnen verschillen.