Instellingen
Selecteer
Menu
>
Bedieningspan.
>
Instellingen
.
U kunt verschillende instellingen op uw apparaat
definiëren en wijzigen. Als u deze instellingen wijzigt,
is dit van invloed op de werking van verschillende
toepassingen op het apparaat.
Sommige instellingen zijn vooraf op het apparaat
ingesteld of worden door uw serviceprovider in een
speciaal bericht aan u verzonden. Het is mogelijk dat u
dergelijke instellingen niet kunt wijzigen.
Selecteer de instelling die u wilt wijzigen voor de
volgende opties:
• Wissel tussen twee waarden, bijvoorbeeld aan en
uit.
• Selecteer een waarde uit een lijst.
• Open een teksteditor om een waarde in te voeren.
• Open een schuifregelaar en blader naar links of
rechts om een waarde aan te passen.
Algemene
instellingen
Selecteer
Menu
>
Bedieningspan.
>
Instellingen
en
Algemeen
.
Maak een keuze uit de volgende opties:
•
Persoonlijk
— Wijzig de weergave-instellingen en
pas het apparaat aan uw voorkeuren aan.
•
Datum en tijd
— Wijzig de datum en tijd.
•
Toebehoren
— Wijzig de instellingen voor uw
accessoires.
•
Sensorinstell.
— Wijzig de sensorinstellingen.
•
Beveiliging
— Wijzig de veiligheidsinstellingen.
•
Fabrieksinstell.
— Zet de oorspronkelijke
apparaatinstellingen terug.
•
Positiebepaling
— Definieer de methode voor
positiebepaling en de server voor toepassingen die
met GPS werken.
•
Actie voor schuif
— De instellingen voor de
schuifregelaar wijzigen.
De beschikbare opties kunnen verschillen.
Aan uw eigen voorkeuren